Vijf bijzondere strandingen van vier soorten zeezoogdieren



De afgelopen maanden waren erg drukke maanden voor de zeezoogdier onderzoekers van de faculteit diergeneeskunde; vijf bijzondere strandingen van vier verschillende soorten cetaceeën! De eerste was een jonge vrouwelijke tuimelaar welke eind juni strandde in de Oosterschelde. Tuimelaars zijn tegenwoordig uniek in onze wateren. Dit dier was waarschijnlijk levend gestrand en de sectie was kort na de dood uitgevoerd. De reden van het stranden bleef helaas onduidelijk en verder histologisch onderzoek zal nog plaats vinden. Maag- en darminhoud zullen worden onderzocht door Imares op Texel, om na te gaan of het dier nog recent gegeten had voordat ze overleed.

De tweede stranding, ook van een levend dier, was een gewone spitssnuitdolfijn. Dit is een nog zeldzamere soort in onze wateren. Spitssnuitdolfijnen zijn diep duikende, oceanische soorten en de ondiepe wateren van de Noordzee zijn daarom funest voor deze dieren. Het ging om een jong vrouwtje van 3.66 meter en ongeveer 500 kilo. Twee onderzoekers van de UU zijn naar de plaats van stranding- Schiermonnikoog- afgereisd om de sectie ter plaatsen te doen. De directe doodsoorzaak was verstikking, vanwege zand in haar longen. Hopelijk zal het histologisch onderzoek ons meer vertellen over de reden van stranding en deze inhalatie van zand. Ook voor dit dier zullen de maag en darmen worden onderzocht op de inhoud door Imares op Texel. Daarnaast zal het skelet geprepareerd worden in het Natuur historisch museum van Leeuwarden en later in de expositie van Ecomare op Texel tentoongesteld worden.  Foto: Aline VisserFoto: Aline Visser
De derde stranding vond plaats op 28 juli op Terschelling, waar een mannetjes potvis levend strandde. Na een voor ons onbekende periode van stranding is het dier uiteindelijk overleden en de daarop volgende nacht- en ochtend naar de haven van Harlingen getransporteerd. In de haven van Harlingen is de sectie uitgevoerd door een team van de UU, samen met het bergingsbedrijf BDS Harlingen en Naturalis Leiden. Een interessante bevinding was een misvorming van de onderkaak. Een groot deel hiervan miste en het omliggende weefsel was netje geheeld, wat bevestigd dat dit om een oude wond gaat. Dit kan mogelijk moeilijkheden hebben veroorzaakt voor het dier met betrekking tot jagen, maar vanwege de goede voedingstoestand van het dier is dit onwaarschijnlijk. Enkele plastic stukjes waren aanwezig in de maag, samen met enkele gehoorbeentjes van vissen, welke soort identiek zijn. Verder histologisch onderzoek zal plaatsvinden om de strandingsoorzaak nader te onderzoeken. Helaas duurde het transport van Terschelling naar Harlingen langer dan verwacht waardoor de sectie pas na 24 uur na de dood begonnen kon worden. Hierdoor is waarschijnlijk veel waardevolle data verloren gegaan vanwege verrotting.
Foto:Pieter Crucq

Foto: Pieter Crucq

Een vierde walvis kwam slechts twee dagen later: een jonge gewone vinvis werd de haven van Rotterdam binnen gevaren op de boeg van een container schip. Deze vinvis is waarschijnlijk bij de golf van Biskaje op de boeg van dit schip beland, omdat vinvissen daar in grotere getallen voorkomen en het schip hier vandaan kwam. De walvis was waarschijnlijk al enkele dagen (3-5) dood voordat onderzoekers van de UU het dier konden onderzoeken. Vanwege financiële beperkingen konden niet alle organen verzameld worden. Wel zijn er monsters genomen van de longen, het hart, de lever, darmen, maag, lymfe knopen, spier en blubber. De maag en slokdarm waren gevuld met rode inhoud (waarschijnlijk krill). Dit was een teken van recent foerageren wat betekent dat het dier in goede fysieke toestand was, en in staat om nog eten te vinden. Ook opmerkelijk was een interne bloeding onder de huid waar het dier door het schip was geraakt. Helaas is het vanwege de rotting van het dier moeilijk te bevestigen wat deze bloeding betekent. Hopelijk kan het histologisch onderzoek helpen bij het beantwoorden van deze vraag.

De vijfde stranding was eveneens een gewone vinvis; een 17 meter lang mannetje gestrand op het strand van ’s Gravenzande op 17 september. Ook dit dier is slachtoffer geworden van een aanvaring en aan zijn verwondingen als gevolg daarvan overleden. Helaas was de vinvis al erg rot op het moment van de sectie, dus zijn er weinig monsters genomen van de organen. Ook is er geen maaginhoud aangetroffen. Naturalis Leiden heeft het skelet vrij gemaakt en zal dit op den duur tentoonstellen in hun collectie.
Foto: Lonneke IJsseldijk

Foto: Lonneke IJsseldijk