Bever met afwijkend gedrag door een tumor



Op 26 oktober 2016 is een bever (Castor fiber) die gedesoriënteerd gedrag vertoonde, binnengebracht bij de Stichting faunavisie wildcare in Westernieland. Het dier draaide cirkeltjes naar links. In 1e instantie werd gedacht dat het dier mogelijk aangereden was, omdat ze in een greppel naast een drukke weg was gevonden. De bever werd in het opvangcentrum onderzocht en bleek geen botbreuken te hebben. De bever was een vrouwelijk dier van ruim 23 kg. De eerste twee dagen at ze goed van de bebladerde wilgentakken, maar daarna verloor ze haar eetlust volledig. Omdat ze verder opgeknapt leek, is geprobeerd haar weer los te laten op de plek waar ze gevonden was. Dit in de hoop dat ze eenmaal terug in haar vertrouwde omgeving, weer zou gaan eten en verder zou opknappen. De bever is naar het water gelopen, maar keerde om en kroop weer in de mand met stro waarin ze was vervoerd. Nadat ze, na wat aansporen, uiteindelijk het water was ingegaan, zwom ze slechts een klein rondje van ca 100 meter om vervolgens opnieuw de kant op te komen en in de mand te kruipen. Daarop is besloten het dier weer mee te nemen. De volgende dag, 7 november, heeft een dierenarts bloed afgenomen voor nader onderzoek. Korte tijd later bleek de bever dood in de mand te liggen.

De bever moet minimaal 10 jaar oud zijn, omdat zij op 6 november 2009 als volwassen bever in het Foxholstermeer is uitgezet, hemelsbreed nog geen 4 km van de plek waar het dier is gevonden. De bever is destijds in het Elbegebied gevangen.

Door het afwijkende, gedesoriënteerde gedrag en het feit dat bevers gevoelig zijn voor tularemie rees de vraag of een tularemie infectie bij dit dier een rol heeft gespeeld. Vandaar dat dit dier, ondanks het feit dat hij al een paar dagen in de opvang had gezeten, is opgehaald door DWHC voor nader onderzoek.

Op 9 november werd onder leiding van patholoog Marja Kik sectie uitgevoerd op de bever. Ze woog bij binnenkomst bij DWHC nog maar 17 kg. Bij de sectie bleek de bever een goedaardige tumor te hebben in de hypofyse. De tumor was dusdanig groot dat deze druk in de hersenen veroorzaakte waardoor incoördinatie van bewegingen kan ontstaan. Daarnaast had de bever een hersenontsteking die was veroorzaakt door een eencellig micro-organisme dat niet nader op naam kon worden gebracht. Het dier had ook maagzweren, longoedeem en longbloedingen. Er waren geen aanwijzingen voor tularemie.