Stand van zaken wilde zwijnen sterfte Veluwe 2019



Update 6 april 2020, Conclusie eindbericht:

De doodsoorzaak van vijf van de zes onderzochte dood gevonden dieren blijft onduidelijk. Van één dood gevonden wild zwijn is de doodsoorzaak longontsteking door een  Pasteurella multocida besmetting. Van de twee geschoten wilde zwijnen is duidelijk waarom ze afwijkend gedrag vertoonden. Het ene dier had een longontsteking veroorzaakt door longwormen en een Pasteurella multocida besmetting. En het andere geschoten wild zwijn had een ruggenmergontsteking. De oorzaak van deze ontsteking kon niet worden achterhaald.  Van de overige vijf dood gevonden wilde zwijnen kan worden vastgesteld dat er géén aanwijzingen zijn voor één van de bekende varkensziekten of voor gifstoffen. Het eindbericht is als pdf te downloaden:  Eindbericht zwijnensterfte Veluwe 2019

Stand van zaken bericht d.d. 2 juli 2019:

Sinds begin 2019 is er verhoogde sterfte onder de wilde zwijnen op de Veluwe. De meeste dood gevonden zwijnen waren in goede conditie. Op zich worden dode wilde zwijnen vaker gevonden, met name in voedselarme jaren of na een droge periode. Deze dieren zijn meestal mager. Dit jaar zijn tot half juni 2019 meer dode wilde zwijnen gemeld dan gemiddeld in voorgaande jaren. Bij geen van deze zwijnen is Afrikaanse varkenspest (AVP) of klassieke varkenspest (KVP) aangetroffen. Zes wilde zwijnen zijn door DWHC uitgebreid onderzocht. Eén zwijn is doodgegaan aan een bacteriële longontsteking, maar voor de overige vijf wilde zwijnen is geen oorzaak gevonden. Wel zijn diverse varkensziekten en gifstoffen uitgesloten als doodsoorzaak. Op 25 maart 2019 was het eerste bericht van DWHC over de dood gevonden zwijnen. Omdat de sterfte onder de wilde zwijnen op de Veluwe nog aanhoudt en veel vragen uit het veld komen, volgt hier een update met de stand van zaken tot en met half juni 2019.

Aantal meldingen

De Faunabeheereenheid Gelderland ontvangt jaarlijks gemiddeld 20 meldingen van dood gevonden wilde zwijnen met onbekende doodsoorzaak. Dit jaar waren half juni zo’n 60 meldingen binnengekomen. In de eerste drie maanden van 2019 viel het op dat het voornamelijk zeugen betrof. De zeugen waren drachtig of hadden pas biggen geworpen. In de maanden erna werden meer keilers, overlopers en biggen dan zeugen gevonden.

Verspreiding

De dode wilde zwijnen zijn met name op de Midden Veluwe gevonden, met een duidelijke ‘concentratie’ bij Hoog Buurlo, Deelerwoud en Nationaal park de Hoge Veluwe, zie kaart.

kaart locaties dode wilde zwijnen Veluwe

Kaart: dood gevonden wilde zwijnen met onbekende oorzaak. Situatie t/m 12 juni 2019.
Bron: Faunabeheereenheid Gelderland

Buitengewone sterfte

Eén van de oorzaken van het groter aantal gemelde dode wilde zwijnen kan komen door een grotere oplettendheid in verband met de Afrikaanse varkenspest in België en Oost-Europa. Omdat uit de andere provincies met wilde zwijnen geen bijzondere sterfte wordt gemeld, is het onwaarschijnlijk dat de toename van meldingen alleen is toe te schrijven aan een verhoogde waakzaamheid. Bovendien is de manier waarop en de locatie waar een groot aantal van de gevonden dieren liggen, opvallend: sommigen dieren worden midden op een pad gevonden, alsof ze zo zijn omgevallen, of liggend midden op de hei, alsof ze slapen. Een verklaring voor de sterfte zou een dierziekte of gif kunnen zijn. De grootste zorg betreft een besmetting met AVP.

Afrikaanse varkenspest

Voor een vroege signalering van een eventuele AVP-besmetting bij wilde zwijnen is door de overheid in samenwerking met betrokken instanties en organisaties, een protocol opgesteld. Alle dood gevonden wilde zwijnen waarbij geen sprake is van een andere duidelijke doodsoorzaak (verkeersongeval; afschot; stroperij) worden beschouwd als een AVP verdenking en worden bemonsterd. Tot nu toe zijn alle geteste wilde zwijnen negatief (geen virus aangetoond) voor AVP en KVP. Zolang in een gebied AVP niet is uitgesloten, kunnen dieren niet verder worden onderzocht. Als een ‘vers’ dood wild zwijn wordt gevonden, dan overlegt de FBE Gelderland met de NVWA of deze direct naar DWHC mag voor nader onderzoek.

Overleg deskundigen

Vanwege het ontbreken van een duidelijk pathologisch beeld, de uitgevoerde testen negatief waren, en het onduidelijk is waaraan de zwijnen zijn doodgegaan, is in april een bijeenkomst georganiseerd met een aantal inhoudelijk deskundigen. Hierbij waren varkensspecialisten van faculteit Diergeneeskunde en van varkensdierenartsenpraktijken, en deskundigen van de GD, DWHC, NVWA, WBVR, het ministerie van LNV, FBE-Gelderland en een aantal faunabeheerders aanwezig. Tijdens dit overleg zijn diverse ziekten en ziektebeelden besproken die een mogelijke verklaring kunnen geven voor de verhoogde sterfte. Aansluitend is verder onderzoek ingesteld naar gifstoffen.

Overzicht onderzoek naar doodsoorzaak en resultaten

  • Sectiebeeld
    Tot nu toe zijn zes ‘vers’ dood gevonden wilde zwijnen (vier zeugen, één big/overloper en één keiler) bij DWHC onderzocht. Van de zeugen waren drie dieren drachtig en had één zeug geworpen. Alle zes waren in goede lichamelijke conditie.
    Macroscopisch waren er vrijwel geen afwijkingen te zien. Ook bij het weefselonderzoek onder de microscoop waren weinig afwijkingen in de organen te zien. Wel hadden alle zes wilde zwijnen een ontsteking van de keelamandelen. Een ziekteverwekker die de ontstekingen veroorzaakt is (nog) niet gevonden.
  • Uitgevoerde onderzoeken
    • Gen voor varkens stress-syndroom
      De eerste drie onderzochte zwijnen zijn bij VHL getest op de aanwezigheid van een gen voor het varkens stress-syndroom (PSS). Bij PSS ontstaat spierschade. De drie geteste dieren hadden het gen niet.
    • Bacteriële ziekteverwekkers
      Uit het bacteriologisch onderzoek bij VMDC bleek dat één zeug dood is gegaan aan een longontsteking veroorzaakt door de bacterie Pasteurella multocida. Bij de vijf andere onderzochte wilde zwijnen is geen bacterie gevonden die de sterfte kan verklaren.
    • Virale ziekteverwekkers
      De dieren zijn bij het histologisch laboratorium van VPDC getest voor varkensgriep (influenza type A virus (IAV)) en bij Merefelt livestock Diagnostics voor het PRRS-virus: beide testen waren negatief.
      Vervolgens is bij het WBVR een ‘brede’ screening naar meerdere virusfamilies uitgevoerd. De resultaten geven aan dat er geen aanwijzingen zijn voor Afrikaanse varkenspest, klassieke varkenspest of de ziekte van Aujeszky. Wel werd een enterovirus gevonden. Maar het sectie-beeld liet geen bijpassende afwijkingen zien. Deze virusfamilie komt wijd verspreid voor en diverse varianten worden vaak bij varkens gevonden zonder dat ze ziekteverschijnselen of sterfte veroorzaken. Conclusie: Er zijn geen aanwijzingen dat een bekend virus een rol speelt bij de sterfte van deze zwijnen.
    • Gifstoffen
      De levers van 4 dieren zijn bij WFSR (voorheen Rikilt) onderzocht op de aanwezigheid van de meest gebruikte bestrijdingsmiddelen in Nederland en een aantal natuurlijke gifstoffen (klik hier voor de lijst).
      Er zijn geen aanwijzingen voor de aanwezigheid van de geteste gifstoffen gevonden.

Mogelijke overige andere oorzaken

Een mogelijkheid zou botulisme, veroorzaakt door botuline-toxine, kunnen zijn. De dieren gaan dan snel dood en hebben een zogenaamd negatief sectiebeeld (er zijn geen zichtbare afwijkingen). Dit testen is echter zeer ingewikkeld. Bovendien komt botulisme bij varkens zelden voor en als de doodsoorzaak door deze toxinen zou zijn veroorzaakt, ligt het in de lijn der verwachtingen dat ook verhoogde sterfte bij andere diersoorten optreedt, hetgeen voor zover bekend, niet het geval is. Daarom is (nog) niet op botulisme-toxine getest.
Update d.d. 13-8-2019: De verwekker van botulisme kon niet worden aangetoond.

Conclusie:

De doodsoorzaak van vijf van de zes onderzochte dieren blijft onduidelijk. Van één wild zwijn is het de doodsoorzaak duidelijk: longontsteking door een Pasteurella multocida besmetting. Van de overige wilde zwijnen kan worden vastgesteld dat er geen aanwijzingen zijn voor één van de bekende varkensziekten of gifstoffen.

Vervolgonderzoek

De FBE Gelderland heeft in samenwerking met diverse organisaties besloten tot een nader onderzoek van een aantal wilde zwijnen door DWHC in de hoop te kunnen achterhalen waaraan de wilde zwijnen wel doodgaan.

Gebruikte afkortingen

AVP:               Afrikaanse varkenspest
DWHC:          Dutch Wildlife Health Centre
GD:                Gezondheidsdienst voor dieren
FBE:               Faunabeheereenheid
IAV (-S):         Influenze A Virus (-swine)
KVP                Klassieke varkenspest
LNV:               Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit
NVWA:           Nederlandse Voedsel en Warenautoriteit
PRRS-virus:   Porcine reproductive and respiratory syndrome-virus
PSS:               Porcine Stress Syndrome
VHL:               Dr. van Haeringen Laboratorium
VMDC:           Veterinair Microbiologisch Diagnostisch Centrum
VPDC:            Veterinair Pathologisch Diagnostisch Centrum
WBVR:           Wageningen Bioveterinary Research
WFSR:            Wageningen Food Safety Research (voorheen RIKILT), part of Wageningen University & Research

 

Foto banner Wild zwijn: Bas Worm