Steenmarter met hondenziekte



Bij een steenmarter (Martes foina) uit de omgeving van Enschede in de provincie Overijssel is hondenziekte vastgesteld. De steenmarter werd begin december 2016 dood gevonden in een vijver nadat het dier in de dagen ervoor afwijkend gedrag vertoonde. De inzender meldde dat: ‘‘de steenmarter zeer agressief was, en mensen wilde aanvallen die in hun auto’s stapten. Het dier was nergens bang voor. Gelukkig zijn er  geen mensen gebeten”. Na overleg met de Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit en de Gemeentelijke Gezondsheidsdienst, is het dier onderzocht door het Dutch Wildlife Health Centre.

Het onderzoek

De onderzochte steenmarter was een vrouwelijk, volwassen dier. Bij het microscopisch onderzoek bleek dat het dier een hersenontsteking had. Deze hersenontsteking verklaard het vreemde gedrag van de steenmarter. Klassieke rabiës (hondsdolheid) komt al jaren niet meer voor bij in het wild levende dieren in Nederland. Toch is deze steenmarter, met zijn agressieve gedrag, voor de zekerheid getest op rabiës. De uitslag was negatief, zij was dus niet besmet met het rabiësvirus. Uit verder onderzoek bleek vervolgens dat de steenmarter hondenziekte had. Dit is de eerste steenmarter waarbij DWHC deze ziekte heeft vastgesteld. Hondenziekte werd wel eerder (2013) gevonden bij een das uit Noord-Brabant.

Hondenziekte

Hondenziekte, ook wel de ziekte van Carré genoemd, wordt veroorzaakt door het hondenziektevirus. Dit virus wordt vaak aangeduid met CDV, de afkorting van de Engelse benaming voor deze ziekte: Canine Distemper Virus. CDV behoort tot het geslacht van de Morbillivirussen, net zoals o.a. het  mazelenvirus en het zeehondenziektevirus.
Hondenziekte is een besmettelijke ziekte die bij hond- en marterachtigen voorkomt. Omdat honden normaal gesproken worden ingeënt tegen dit virus, komt in Nederland de ziekte bij honden slechts sporadisch voor. Het hondenziektevirus is niet gevaarlijk voor de mens.

Besmetting

Het hondenziektevirus wordt voornamelijk overgedragen via direct contact met een besmet dier, of via contact met speeksel, uitwerpselen en urine. Ook kan het virus via het inademen van besmette luchtdeeltjes worden opgelopen. Besmette dieren kunnen herstellen en immuniteit opbouwen. Dieren met een verminderd afweersysteem sterven meestal binnen een maand.
Er is geen enkele voorspelling te geven of meer dode marterachtigen te verwachten zijn.  Tot nu toe zijn uit deze omgeving geen andere meldingen bij DWHC binnengekomen.

Honden enten

Het is belangrijk om honden tegen hondenziekte in te enten. Niet-gevaccineerde, of nog niet compleet gevaccineerde honden zoals pups, kunnen gevaar lopen als ze in contact komen met het virus of met een besmet dier.

Eerder berichten op DWHC-website over hondenziekte zijn te vinden op:

https://www.dwhc.nl/ziekten/canine-distemper/