Salmonella bij mussen



Eind december 2014 meldde een inwoonster uit Heerlen dat in haar tuin een aantal mussen waren doodgegaan en de nog levende mussen een slome indruk maakten. Eén van de dode mussen was vers genoeg om te onderzoeken. Het pathologisch onderzoek wees uit dat de mus was doodgegaan door een ontsteking van de krop ten gevolge van besmetting met een Salmonella groep B bacterie.
Sinds 2010 heeft DWHC bij elkaar 10 mussen en 2 groenlingen ontvangen die aan Salmonella zijn doodgegaan. De periode waarin deze vogels binnen kwamen, liep van medio november tot en met begin maart.

Behalve de vraag waaraan is het dier doodgegaan, werd ook gevraagd wat te doen om besmetting te voorkomen en waarom de mussen wel doodgaan en de mezen niet.

Onderstaande informatie afkomstig van de British Trust for Ornithology:

De ziekte

De ziekte Salmonellosis bij tuinvogels wordt veroorzaakt door de bacterie Salmonella typhimurium. Er bestaan verschillende Salmonella soorten.

Gevoelige vogelsoorten
Salmonellosis komt zo nu en dan voor bij vogels in de natuur, meestal gedurende de wintermaanden. Hierbij worden vooral de zaadetende vogelsoorten getroffen die in groepen leven, zoals huismussen en groenlingen.

Verspreiding
De Salmonella bacterie kan enige tijd in het milieu overleven. Waarschijnlijk wordt de bacterie op andere vogels overgedragen via uitwerpselen van besmette vogels op de voerplaats of in een vogelbad. De Salmonella bacterie die wilde vogels besmet, kan ook voor mensen en huisdieren besmettelijk zijn, vandaar dat het belangrijk is om bij het schoonmaken de nodige hygiëne in acht te nemen.

Hoe besmetting te voorkomen?
Het is belangrijk om bij het voeren van tuinvogels de noodzakelijke hygiëne in acht te nemen om te voorkomen dat het voeren een averechtse werking heeft en de vogels doodgaan door ziekten die via de voerplaats wordt overgedragen.

  • Maak voedertafels dagelijks schoon en ontsmet ze regelmatig. Een geschikt ontsmettingsmiddel is bijvoorbeeld een verdunde huishoud- bleekwater oplossing (5% natrium- hypochloride) of een andere commercieel desinfectiemiddel.
  • Spoel de voedertafels altijd grondig en laat ze aan de lucht drogen alvorens ze opnieuw te gebruiken.
  • Verplaats de voedertafels regelmatig om te voorkomen dat ziekteverwekkers zich onder de voedertafel kunnen ophopen.
  • Reinig een vogelbad iedere dag, en laat het eerst opdrogen, alvorens weer met water te vullen.
  • Bij sterfte van tuinvogels is het raadzaam om minder te voeren; nog beter is het om het voeren gedurende 2 – 4 weken te stoppen.
  • Werk met rubberen handschoenen bij het schoonmaken en was je handen grondig na afloop, met name voordat je gaat eten of drinken. Gebruik wegwerp handschoenen bij het verwijderen van dode vogels.