In Nederland hadden we ook in 2020/2021 en in 2016/2017 met een grote vogelgriepuitbraak onder wilde vogels te maken. Maar deze winter (2021/2022) is het aantal meldingen zeer groot en zijn er vogels getroffen door vogelgriep in gebieden waar het voorheen niet voorkwam (zie kaart). Vondsten van gemelde zieke en dode vogels worden maandelijks in beeld gebracht op de NVWA website (Kaart meldingen dode wilde vogels | Vogelgriep in Nederland 2022 | NVWA).
Er bestaan verschillende vogelgriepvirussen (Aviaire influenza virussen). De naamgeving van vogelgriepvirussen is op basis van twee eiwitten, hemaglutinine (H1 t/m H16) en neuraminidase (N1 t/m N9) en worden op basis van het ziekmakend vermogen in kippen als laag- of hoogpathogeen (resp. LPAI en HPAI) ingedeeld. Tot zo’n twintig jaar geleden werden bij wilde watervogels vooral laagpathogene varianten waargenomen, maar sindsdien ook hoogpathogene varianten.
Momenteel wordt in Europa voornamelijk HPAI type H5N1 in dode wilde vogels gevonden, en af en toe andere typen. Van het type H5N1 dat nu in Europa wordt gevonden komen verschillende mutaties voor.
Bij de uitbraak in 2016/2017 waren het met name smienten en kuifeenden. Nu, in 2021/2022, gaan vooral brandganzen, grauwe ganzen en knobbelzwanen dood aan het vogelgriepvirus. Daarnaast worden ook diverse andere vogelsoorten slachtoffer van het virus. Met name watervogels (waaronder steltlopers, meeuwen en sterns), roofvogels en kraaiachtigen zijn gevoelig. Sinds de uitbraak van 2016/2017 is in Nederland bij meer dan 40 verschillende vogelsoorten HPAI aangetoond (zie lijst https://dwhc.nl/wp-content/uploads/sites/393/2022/02/AI-soorten-Efsa-2017-en-2021_incl-NL-dd-2022_02_14.pdf).
In 2021/2022 gaan vooral knobbelzwanen, brandganzen en grauwe ganzen dood aan het vogelgriepvirus.
In Nederland is sinds 2021 tot begin februari 2022 sterfte door vogelgriep vastgesteld bij meerdere vossen, twee bunzings en een otter. Vooralsnog gaat het om roofdieren die de infectie kunnen oplopen door het eten van besmette wilde vogels, zoals ook is aangetoond bij roofvogels en aasetende vogels.
Vogelgriep is een zoönose: een infectie die overdraagbaar is van dieren op mensen. De mens kan zich mogelijk besmetten door intensief contact met een besmet dier.
In de brief d.d. 25 januari 2022 van Minister Staghouwer aan de Tweede Kamer staat te lezen: “De zoönotische risico’s van de nu circulerende virussen wordt laag ingeschat.” Het zoönotisch risico van circulerende virussen wordt nauwlettend gevolgd en raadpleeg voor de meest recente informatie over vogelgriep bij mensen de website van het RIVM: https://www.rivm.nl/aviare-influenza.
De NVWA heeft twee hygiëneprotocollen opgesteld voor medewerkers van dierenambulances, de Dierenbescherming en andere organisaties die helpen bij het ophalen, verpakken en vervoeren van de kadavers van wilde dieren, één voor vogels en één voor zoogdieren.
Wie aangesproken kan worden om dode dieren op te ruimen, is afhankelijk van waar het dode dier ligt:
Het DWHC is niet verantwoordelijk voor het ruimen van dode dieren.
De uitvoerbaarheid van het ruimen kan een uitdaging zijn. Gezien de hygiëne-maatregelen die genomen moeten worden, is het niet altijd haalbaar voor een organisatie om dieren op te ruimen en ter destructie te brengen. In natuurgebieden speelt de vraag hoe groot het risico is van opvliegen van mogelijk besmette vogels tegen het laten liggen van besmette dode vogels.
Zie ook de door het Ministerie van Landbouw, Natuur en Voedselkwaliteit opgestelde handreiking: Handreiking-voor-het-opruimen-van-dode-wilde-vogels-en-de-omgang-met-levende-zieke-vogels.
Per 15 november 2022 is het melden van vogelgriep verdachte vogels gewijzigd. Zie het nieuwe schematische overzicht hieronder.
In dit schematische overzicht (pdf) staat welke wilde vogels waar moeten/kunnen worden gemeld.
dode hobbykippen of hobbyvogels? Meld dit bij uw dierenarts. Meld bij DWHC alléén dode wilde vogels en géén dode hobbykippen of hobbyvogels. Neem voor gehouden vogels alleen contact op met uw dierenarts. De dierenarts kan zo nodig de dode dieren onderzoeken (kosten zijn voor uw rekening). Als de dierenarts het niet vertrouwt, kan de dierenarts een dierziektemelding doen bij de NVWA via het Landelijk meldpunt voor dierziekten, (045) 54 63 188.
Nee, het is niet haalbaar om alle dode vogels op te halen en te onderzoeken.
De selectie van vogels die opgehaald worden is risico-gebaseerd.
Op dit moment (9 februari 2022) geldt dat vogels vooral worden opgehaald voor nadere diagnostiek uit gebieden waar nog geen vogelgriep is aangetoond in wilde dieren (witte gebieden op de NVWA kaart) of als het vogelgriep gevoelige vogelsoorten zijn waarbij eerder nog niet of zelden vogelgriep is vastgesteld.
Vogelsoorten waarvan bekend is dat ze nu doodgaan aan vogelgriep en/of gevonden worden in gebieden waarvan bekend is dat er vogelgriep bij wilde vogels voorkomt (de roodgekleurde gebieden op de kaart), worden momenteel niet onderzocht op vogelgriep. Wel is melding van deze gevallen uitermate waardevol, omdat dankzij dergelijke meldingen een actueel beeld van locaties met verhoogde wilde vogelsterfte kan worden gemaakt. (Kaart meldingen dode wilde vogels | Vogelgriep in Nederland 2022 | NVWA).
Uit gebieden waar een vervoersbeperking geldt in verband met een vogelgriep uitbraak bij gehouden dieren, mogen geen vogels worden opgehaald (zie kaart op Dierziektencrisis | RVO.nl), ook geen dode vogels. De dode vogels mogen alleen rechtstreeks naar het kadaververzamelpunt van de gemeente worden vervoerd.